De diagnose van hyperextensie van de knie zal van patiënt tot patiënt verschillen, aangezien het bereik in ernst van het letsel breed is. Een persoon die bijvoorbeeld een traumatische hyperextensie heeft gehad, kan blauwe plekken hebben, gescheurde ligamenten hebben en veel pijn hebben. Anderen die een lichte hyperextensie hebben gehad, kunnen een lichte zwelling en een enigszins verminderde mobiliteit hebben.
Zijaanzicht van een overmatig gestrekte knie, weergegeven op röntgenfoto. Weergave gemodelleerd naar röntgengegevens.
Met dit in gedachten zullen atleten die medische hulp zoeken voor een mogelijk overmatig gestrekte knie waarschijnlijk verschillende ervaringen hebben op basis van de ernst van hun blessure. Bij de meeste diagnostische processen zijn drie primaire factoren betrokken:
Patiëntgeschiedenis
Een arts zal houd rekening met de medische geschiedenis van een atleet voordat u een behandeling adviseert. Een atleet met eerdere knieblessures kan bijvoorbeeld vatbaarder zijn voor een ernstiger letsel.
Lichamelijk onderzoek
Het lichamelijk onderzoek zal de arts helpen bij het bepalen van de ernst van het letsel en als verdere beeldvorming nodig is.
Tijdens het lichamelijk onderzoek zal de arts het bewegingsbereik van de atleet controleren door het been naar voren en naar achteren te bewegen. Bij sommige patiënten is het been vergrendeld, wat wijst op een ernstiger letsel. Tijdens dit proces zal de arts ook controleren op zichtbare blauwe plekken of zwellingen die het gevolg kunnen zijn van een gescheurde ligament of andere interne schade.
Beeldvorming
Meestal wordt beeldvorming uitgevoerd als het letsel ernstig genoeg is. Meestal worden er een MRI en / of röntgenfoto’s gemaakt.
In sommige gevallen hoeft een arts geen beeldvorming te gebruiken om een diagnose te stellen bij een atleet met een hyperextensie van de knie. Als echter wordt verwacht dat chirurgische interventie als behandeling zal worden gebruikt, is beeldvorming nodig om plannen voor de procedure en het herstel te ontwikkelen.