De klassieke globoïde celleukodystrofie (De ziekte van Krabbe) wordt veroorzaakt door genetische defecten in een lysosomaal enzym, galactosylceramidase. Het is een van de twee klassieke genetische leukodystrofieën, samen met metachromatische leukodystrofie. De wijze van overerving is autosomaal recessief. Meestal komt de ziekte voor bij zuigelingen en neemt ze een snel fatale afloop, maar er zijn ook zeldzamere vormen met late aanvang. Klinische manifestaties zijn uitsluitend neurologisch met prominente tekenen van witte stof. De pathologie is uniek en bestaat uit een snelle en bijna volledige verdwijning van myeline- en myeline-vormende cellen – de oligodendrocyten in het centrale zenuwstelsel en de Schwann-cellen in het perifere zenuwstelsel, reactieve astroytische gliosis en infiltratie van de unieke en vaak meerkernige macrofagen (“globoïde cellen”) die sterk perjoodzuur-Schiff (PAS) -positieve materialen bevatten. Een normaal onbeduidende maar zeer cytotoxische metaboliet, galactosylsphingosine (psychosine), is ook een substraat van galactosylceramidase en wordt geacht een cruciale rol te spelen in de pathogenese. Het galactosylceramidase-gen is gekloond en er is een groot aantal ziekteverwekkende mutaties geïdentificeerd. Equivalente genetische galactosylceramidase-deficiëntie komt voor bij verschillende zoogdiersoorten, zoals muis, hond en aap. Onlangs werd aangetoond dat een tekort aan een van de sfingolipide-activatoreiwitten, saposine A, een laat optredende, langzaam progressieve globoïde celleukodystrofie veroorzaakt, in ieder geval bij de muis, met alle fenotypische gevolgen van een verminderde afbraak van galactosylceramidase-substraten. Humane globoïde cel leukodystrofie als gevolg van saposine A-deficiëntie kan worden verwacht en dient te worden vermoed bij menselijke patiënten met een laat optredende leukodystrofie met normale galactosylceramidase-activiteit, wanneer ook andere mogelijkheden zijn uitgesloten. De enige serieuze poging om menselijke patiënten te behandelen is beenmergtransplantatie, die de symptomen aanzienlijk kan verlichten, vooral bij die patiënten met een later optredende, langzamer progressieve globoïde-celleukodystrofie.
Leave a Reply