Het eerste driemanschap
Deel deze pagina
Volg deze site
Het eerste driemanschap was een niet-officiële reorganisatie van de Romeinse machtsstructuur, die de drie machtigste mannen van de tijd verenigde aan het hoofd van de politieke orde. Leden van het Eerste Triumviraat waren Gaius Julius Caesar, Marcus Licinius Crassus en Gnaeus Pompeius Magnus – of, vaker, Caesar, Crassus en Pompeius.
Crassus en Pompeius waren consuls in 70 voor Christus. Crassus was de rijkste man van Rome en een recente beroemdheid dankzij zijn belangrijke rol in de nederlaag van de rebellen-slaaf Spartacus. Pompeius was een succesvolle militaire commandant die veldslagen had gewonnen in het hele land rond Rome en die aanzienlijke steun genoot in de Romeinse senaat. Crassus en Pompeius gaven echter niet veel om elkaar, en hun antipathie groeide naarmate ze langer samen aan de macht waren.
Tegelijkertijd maakte een andere generaal, Caesar, naam voor zichzelf als een rechtsgeleerde en een populair figuur bij het gewone volk van Rome. Hij overtuigde Crassus en Pompeius om een geheime alliantie te sluiten, met inbegrip van hem, die Rome onofficieel zou regeren. Crassus en Caesar waren vrienden. Caesar moest harder werken om Pompeius ervan te overtuigen doe mee en bied uiteindelijk zijn dochter Julia aan als de vrouw van Pompeius. Het eerste driemanschap ontstond in 60 v.Chr.
Naast politieke machten gaven de driemanschap zichzelf land om over te heersen, waarbij Crassus Syrië innam en Caesar Illyrica en Gallië (beide Cisalpijnse Gallië en Transalpinase Gallië), en Pompeius die Spanje veroverden. Elk van hen begon hun heerschappij over hun respectieve landen te versterken.
Antipathie dreef opnieuw de driemanschap uit elkaar, waarbij Caesar de andere twee opriep voor een geheime bijeenkomst, de Lucca-conferentie, in 56. Ze losten hun geschillen op om een punt, maar nooit echt het gezamenlijke wantrouwen weggenomen dat hun omgang met elkaar zo plaagde.
Julia stierf bij de geboorte van Pompeius ‘zoon in 54. Pompeius en Caesar, twee jaloerse generaals, hadden niets om hen te binden Het jaar daarop stierf Crassus in de strijd tegen de Parthen, in Carrhae.
Pompeius had veel succes met het winnen van veldslagen in Spanje. Caesar had hetzelfde gedaan in Gallië, terwijl hij ook twee invasies naar Groot-Brittannië lanceerde. Tegen 52, toen Pompeius tot enig consul werd gekozen, waren de twee op weg naar een confrontatie.
De strijd volgde in 49, nadat Caesar de rivier de Rubicon was overgestoken aan het hoofd van zijn leger en daarbij de Romeinse wet overtrad. van de regeringstroepen en trok ten strijde tegen Caesar van Pharsalus, behaalde Caesar in 48 een beslissende overwinning en nam hij de controle over het Romeinse militaire en politieke systeem over. Pompey vluchtte naar Egypte, waar hij werd vermoord. Caesar zelf werd vermoord in 44, ironisch genoeg ademde hij zijn laatste adem uit bij de trap die naar een standbeeld van Pompeius leidde.